gesmeerd

Dutch

Pronunciation

  • Audio:(file)
  • Rhymes: -eːrt

Adjective

gesmeerd (comparative gesmeerder, superlative gesmeerdst)

  1. smooth, without problems (as if grease were applied to it)

Declension

Declension of gesmeerd
uninflected gesmeerd
inflected gesmeerde
comparative gesmeerder
positive comparative superlative
predicative/adverbial gesmeerd gesmeerder het gesmeerdst
het gesmeerdste
indefinite m./f. sing. gesmeerde gesmeerdere gesmeerdste
n. sing. gesmeerd gesmeerder gesmeerdste
plural gesmeerde gesmeerdere gesmeerdste
definite gesmeerde gesmeerdere gesmeerdste
partitive gesmeerds gesmeerders —

Participle

gesmeerd

  1. past participle of smeren

Declension

Declension of gesmeerd
uninflected gesmeerd
inflected gesmeerde
positive
predicative/adverbial gesmeerd
indefinite m./f. sing. gesmeerde
n. sing. gesmeerd
plural gesmeerde
definite gesmeerde
partitive gesmeerds
This article is issued from Wiktionary. The text is available under Creative Commons Attribution-Share Alike 4.0 unless otherwise noted. Additional terms may apply for the media files.