getijdeneiland
Dutch
Etymology
Compound of getijde (“tide”) + -en- + eiland (“island”).
Pronunciation
- IPA(key): /ɣəˈtɛi̯.də(n)ˌɛi̯.lɑnt/
- Hyphenation: ge‧tij‧den‧ei‧land
Noun
getijdeneiland n (plural getijdeneilanden, diminutive getijdeneilandje n)
Compound of getijde (“tide”) + -en- + eiland (“island”).
getijdeneiland n (plural getijdeneilanden, diminutive getijdeneilandje n)