hulpbehoevend

Dutch

Etymology

Compound of hulp +‎ behoevend.

Pronunciation

  • IPA(key): /ˌɦʏlp.bəˈɦu.vənd/
  • Audio:(file)
  • Hyphenation: hulp‧be‧hoe‧vend

Adjective

hulpbehoevend (comparative hulpbehoevender, superlative hulpbehoevendst)

  1. needy, in need of help

Declension

Declension of hulpbehoevend
uninflected hulpbehoevend
inflected hulpbehoevende
comparative hulpbehoevender
positive comparative superlative
predicative/adverbial hulpbehoevend hulpbehoevender het hulpbehoevendst
het hulpbehoevendste
indefinite m./f. sing. hulpbehoevende hulpbehoevendere hulpbehoevendste
n. sing. hulpbehoevend hulpbehoevender hulpbehoevendste
plural hulpbehoevende hulpbehoevendere hulpbehoevendste
definite hulpbehoevende hulpbehoevendere hulpbehoevendste
partitive hulpbehoevends hulpbehoevenders —
This article is issued from Wiktionary. The text is available under Creative Commons Attribution-Share Alike 4.0 unless otherwise noted. Additional terms may apply for the media files.