stikvervelend

Dutch

Etymology

From stik- +‎ vervelend (annoying).

Adjective

stikvervelend (comparative stikvervelender, superlative stikvervelendst)

  1. (informal) very annoying
    Synonyms: bloedvervelend, strontvervelend

Declension

Declension of stikvervelend
uninflected stikvervelend
inflected stikvervelende
comparative stikvervelender
positive comparative superlative
predicative/adverbial stikvervelend stikvervelender het stikvervelendst
het stikvervelendste
indefinite m./f. sing. stikvervelende stikvervelendere stikvervelendste
n. sing. stikvervelend stikvervelender stikvervelendste
plural stikvervelende stikvervelendere stikvervelendste
definite stikvervelende stikvervelendere stikvervelendste
partitive stikvervelends stikvervelenders