Bauern

Pennsylvania-Duits

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈbaʊ̯ɛɾn /
Woordafbreking
  • Bau·ern

Zelfstandig naamwoord

Bauern

  1. mannelijk meervoud van Bauer
    «Selle Mariye in re Karrich hemmer en Lied gsunge. Es Lied hot mit Bauern un Saame geduh.»
    Vanmorgen hebben we in de kerk een lied gezongen. Het lied heeft te maken met boeren en zaden.
Schrijfwijzen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.