aanharkt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanharkt    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈanhɑrəkt/ (2 of 3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aan·harkt

Werkwoord

vervoeging van
aanharken

aanharkt

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanharken
    • ... dat jij aanharkt. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanharken
    • ... dat hij aanharkt. 

Gangbaarheid

  • Het woord aanharkt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.