aankondigers

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aankondigers    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈaŋkɔndəɣərs/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aan·kon·di·gers

Zelfstandig naamwoord

deaankondigersmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord aankondiger

Gangbaarheid

  • Het woord aankondigers staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.