aanlach
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanlach (hulp, bestand)
- IPA: / ˈanlɑx / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·lach
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aanlachen |
aanlach
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanlachen
- ... dat ik aanlach.
Gangbaarheid
- Het woord aanlach staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.