aanlandde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanlandde    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈanlɑndə/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aan·land·de

Werkwoord

vervoeging van
aanlanden

aanlandde

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aanlanden
    • ... dat ik aanlandde. 
    • ... dat jij aanlandde. 
    • ... dat hij, zij, het aanlandde. 

Gangbaarheid

  • Het woord aanlandde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.