aanrenden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanrenden (hulp, bestand)
- IPA: / ˈanrɛndə(n) / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·ren·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aanrennen |
aanrenden
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van aanrennen
- ...dat wij aanrenden.
- ...dat jullie aanrenden.
- ...dat zij aanrenden.
- ...dat wij aanrenden.
Gangbaarheid
- Het woord 'aanrenden' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.