aansnort
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aansnort (hulp, bestand)
Woordafbreking
- aan·snort
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aansnorren |
aansnort
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aansnorren
- ... dat jij aansnort.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aansnorren
- ... dat hij aansnort.
Gangbaarheid
- Het woord aansnort staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.