aanstroom

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanstroom    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • aan·stroom

Werkwoord

vervoeging van
aanstromen

aanstroom

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanstromen
    • ... dat ik aanstroom. 

Gangbaarheid

  • Het woord aanstroom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.