aanvezen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanvezen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈaɱvezə(n)/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aan·ve·zen

Werkwoord

vervoeging van
aanvijzen

aanvezen

  1. (in een bijzin) meervoud verleden tijd van aanvijzen
    • ...dat wij aanvezen. 
    • ...dat jullie aanvezen. 
    • ...dat zij aanvezen. 

Gangbaarheid

  • Het woord aanvezen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.