abhorrer

Frans

stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
abhorrer
abhorrais
abhorré
eerste groep volledig

Werkwoord

abhorrer

  1. haten, verafschuwen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.