aborujó

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
aborujar

aborujó

  1. derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito indefinido) van aborujar
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.