acampar

Catalaans

stamtijd
tegenw.
tijd
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
acampo acampava acampat
1e vervoeging volledig

Werkwoord

acampar

  1. kamperen


Spaans

stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
acampar
acampaba
acampado
volledig

Werkwoord

acampar

Woordafbreking
  • a·cam·par
  • onovergankelijk
  1. kamperen
  • overgankelijk
  1. legeren
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.