aereer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aereer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ae·reer

Werkwoord

vervoeging van
aereren

aereer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aereren
    • Ik aereer. 
  2. gebiedende wijs van aereren
    • Aereer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aereren
    • Aereer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord aereer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.