affixje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  affixje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·fix·je

Zelfstandig naamwoord

hetaffixjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord affix
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.