afgrenst

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afgrenst    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·grenst

Werkwoord

vervoeging van
afgrenzen

afgrenst

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afgrenzen
    • ... dat jij afgrenst. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afgrenzen
    • ... dat hij afgrenst. 

Gangbaarheid

  • Het woord afgrenst staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.