afplakten
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: afplakten (hulp, bestand)
Woordafbreking
- af·plak·ten
Werkwoord
vervoeging van |
---|
afplakken |
afplakten
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van afplakken
- ...dat wij afplakten.
- ...dat jullie afplakten.
- ...dat zij afplakten.
- ...dat wij afplakten.
Gangbaarheid
- Het woord afplakten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.