afritje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afritje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·rit·je

Zelfstandig naamwoord

hetafritjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord afrit

Gangbaarheid

  • Het woord afritje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.