afrukte

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afrukte    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·ruk·te

Werkwoord

vervoeging van
afrukken

afrukte

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van afrukken
    • ... dat ik afrukte. 
    • ... dat jij afrukte. 
    • ... dat hij, zij, het afrukte. 

Gangbaarheid

  • Het woord afrukte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.