afton
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: afton (hulp, bestand)
Woordafbreking
- af·ton
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aftonnen |
afton
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftonnen
- ... dat ik afton.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.