afzaten
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: afzaten (hulp, bestand)
Woordafbreking
- af·za·ten
Werkwoord
vervoeging van |
---|
afzitten |
afzaten
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van afzitten
- ...dat wij afzaten.
- ...dat jullie afzaten.
- ...dat zij afzaten.
- ...dat wij afzaten.
Gangbaarheid
- Het woord afzaten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.