airar

Spaans

stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
airar
airaba
airado
volledig

Werkwoord

airar

Woordafbreking
  • aiĀ·rar
  • overgankelijk
  1. ergeren
  2. kwaad maken, woedend maken
Synoniemen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.