applaudisseer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  applaudisseer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ap·plau·dis·seer

Werkwoord

vervoeging van
applaudisseren

applaudisseer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van applaudisseren
    • Ik applaudisseer. 
  2. gebiedende wijs van applaudisseren
    • Applaudisseer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van applaudisseren
    • Applaudisseer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord applaudisseer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.