assigneer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  assigneer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • as·sig·neer

Werkwoord

vervoeging van
assigneren

assigneer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van assigneren
    • Ik assigneer. 
  2. gebiedende wijs van assigneren
    • Assigneer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van assigneren
    • Assigneer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord assigneer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.