assorteer
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: assorteer (hulp, bestand)
Woordafbreking
- as·sor·teer
Werkwoord
vervoeging van |
---|
assorteren |
assorteer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van assorteren
- Ik assorteer.
- gebiedende wijs van assorteren
- Assorteer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van assorteren
- Assorteer je?
Gangbaarheid
- Het woord assorteer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.