attacher

Frans

Uitspraak
  •  attacher    (hulp, bestand)
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
attacher
attachais
attaché
eerste groep volledig

Werkwoord

attacher

  1. overgankelijk bevestigen [2], hechten vastmaken
  2. onovergankelijk blijven kleven, blijven plakken; aanbranden
Uitdrukkingen en gezegden
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.