ausculteerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ausculteerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • aus·cul·teer·de

Werkwoord

vervoeging van
ausculteren

ausculteerde

  1. enkelvoud verleden tijd van ausculteren
    • Ik ausculteerde. 
    • Jij ausculteerde. 
    • Hij, zij, het ausculteerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord ausculteerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.