běží

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /bjɛʒiː/
Woordafbreking
  • bě·ží

Werkwoord

běží

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord běžet
  2. derde persoon meervoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord běžet
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.