bagatelliseert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bagatelliseert    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ba·ga·tel·li·seert

Werkwoord

vervoeging van
bagatelliseren

bagatelliseert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bagatelliseren
    • Jij bagatelliseert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bagatelliseren
    • Hij bagatelliseert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van bagatelliseren
    • Bagatelliseert! 

Gangbaarheid

  • Het woord bagatelliseert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.