bandenwisselweekje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bandenwisselweekje (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ban·den·wis·sel·week·je
Zelfstandig naamwoord
het bandenwisselweekje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord bandenwisselweek
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.