bandleden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bandleden    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • band·le·den

Zelfstandig naamwoord

debandledenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord bandlid

Gangbaarheid

  • Het woord bandleden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.