banjert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  banjert    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ban·jert

Werkwoord

vervoeging van
banjeren

banjert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van banjeren
    • Jij banjert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van banjeren
    • Hij banjert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van banjeren
    • Banjert! 

Gangbaarheid

  • Het woord banjert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.