bedibberde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bedibberde    (hulp, bestand)
  • IPA: /bəˈdɪbərdə/
Woordafbreking
  • be·dib·ber·de

Werkwoord

vervoeging van
bedibberen

bedibberde

  1. enkelvoud verleden tijd van bedibberen
    • Ik bedibberde. 
    • Jij bedibberde. 
    • Hij, zij, het bedibberde. 

Verwijzingen

    • Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.