befietste

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  befietste    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·fiets·te

Werkwoord

vervoeging van
befietsen

befietste

  1. enkelvoud verleden tijd van befietsen
    • Ik befietste. 
    • Jij befietste. 
    • Hij, zij, het befietste. 

Gangbaarheid

  • Het woord befietste staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.