begilt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  begilt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • beĀ·gilt

Werkwoord

vervoeging van
begillen

begilt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van begillen
    • Jij begilt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van begillen
    • Hij begilt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van begillen
    • Begilt! 

Gangbaarheid

  • Het woord begilt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.