behielp
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: behielp (hulp, bestand)
Woordafbreking
- beĀ·hielp
Werkwoord
vervoeging van |
---|
behelpen |
behielp
- enkelvoud verleden tijd van zich behelpen
- Ik behielp me.
- Jij behielp je.
- Hij, zij, het behielp zich.
- Ik behielp me.
Gangbaarheid
- Het woord behielp staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.