benadert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  benadert    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·na·dert

Werkwoord

vervoeging van
benaderen

benadert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van benaderen
    • Jij benadert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van benaderen
    • Hij benadert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van benaderen
    • Benadert! 

Gangbaarheid

  • Het woord benadert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.