beschenk
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: beschenk (hulp, bestand)
Woordafbreking
- be·schenk
Werkwoord
vervoeging van |
---|
beschenken |
beschenk
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beschenken
- Ik beschenk.
- gebiedende wijs van beschenken
- Beschenk!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beschenken
- Beschenk je?
Gangbaarheid
- Het woord beschenk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.