beschoeit

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  beschoeit    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·schoeit

Werkwoord

vervoeging van
beschoeien

beschoeit

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beschoeien
    • Jij beschoeit. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beschoeien
    • Hij beschoeit. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van beschoeien
    • Beschoeit! 

Gangbaarheid

  • Het woord beschoeit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.