betichtte

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  betichtte    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·ticht·te

Werkwoord

vervoeging van
betichten

betichtte

  1. enkelvoud verleden tijd van betichten
    • Ik betichtte. 
    • Jij betichtte. 
    • Hij, zij, het betichtte. 

Gangbaarheid

  • Het woord betichtte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.