bevochtig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bevochtig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·voch·tig

Werkwoord

vervoeging van
bevochtigen

bevochtig

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bevochtigen
    • Ik bevochtig. 
  2. gebiedende wijs van bevochtigen
    • Bevochtig! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bevochtigen
    • Bevochtig je? 

Gangbaarheid

  • Het woord bevochtig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.