bezuinig
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bezuinig (hulp, bestand)
Woordafbreking
- be·zui·nig
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bezuinigen |
bezuinig
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bezuinigen
- Ik bezuinig.
- gebiedende wijs van bezuinigen
- Bezuinig!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bezuinigen
- Bezuinig je?
Gangbaarheid
- Het woord bezuinig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.