bijeenbracht
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bijeenbracht (hulp, bestand)
Woordafbreking
- bij·een·bracht
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bijeenbrengen |
bijeenbracht
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van bijeenbrengen
- ... dat ik bijeenbracht.
- ... dat jij bijeenbracht.
- ... dat hij, zij, het bijeenbracht.
- ... dat ik bijeenbracht.
Gangbaarheid
- Het woord bijeenbracht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.