bijeentelt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bijeentelt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bijĀ·eenĀ·telt

Werkwoord

vervoeging van
bijeentellen

bijeentelt

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijeentellen
    • ... dat jij bijeentelt. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijeentellen
    • ... dat hij bijeentelt. 

Gangbaarheid

  • Het woord bijeentelt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.