bijpaarden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bijpaarden    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bij·paar·den

Zelfstandig naamwoord

debijpaardenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord bijpaard
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.