bitterde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bitterde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bit·ter·de

Werkwoord

vervoeging van
bitteren

bitterde

  1. enkelvoud verleden tijd van bitteren
    • Ik bitterde. 
    • Jij bitterde. 
    • Hij, zij, het bitterde. 

Gangbaarheid

  • Het woord bitterde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.