bivakkeer
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bivakkeer (hulp, bestand)
Woordafbreking
- bi·vak·keer
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bivakkeren |
bivakkeer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bivakkeren
- Ik bivakkeer.
- gebiedende wijs van bivakkeren
- Bivakkeer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bivakkeren
- Bivakkeer je?
Gangbaarheid
- Het woord bivakkeer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.